Technische rubriek |
Harry de Waard (mail) 20 april 2006 |
Maar liefst 7 keer winnen van de in totaal 13 gespeelde partijen, dat deed Kees Thijssen in het jongste nationaal kampioenschap. Mag ik dat dan uitzonderlijke klasse noemen en zeker als je 3 punten voorsprong hebt opgebouwd in het eindklassement op een peloton van 3 gerommeneerde spelers?? En dan te bedenken dat het puntengehalte nog hoger had kunnen uitvallen. Tegen Ron Heusdens leed de Amsterdammer zijn enige nederlaag. Hij meende een doorbraakcombinatie te kunnen nemen, maar vergiste zich in een meerslagregel, verloor prompt een schijf, en (onnodig) de partij.
Thijssen evenaarde met deze vierde titel de prestaties van Harm Wiersma en Piet Roozenburg. Alleen Reinier Keller blijft hem nog voor, die vijf titels op zijn naam heeft staan. Volgend jaar kan Thijssen dus daar wat aan doen.
Voor het eerst werden om de andere dag 2 partijen gespeeld. Een loodzware klus dus, maar toch waren de meningen in het algemeen positief. Discussiestof dus genoeg voor de komende tijd. Wellicht is het daarom dat er een hogere winstmarge is bereikt dan in voorgaande jaren?? Ik weet het niet.
Over nu naar de partijen, te beginnen uiteraard met de kersverse kampioen. Thijssen had met 9 uit 5 een vliegende start. Een van de slachtoffers was onder andere debutant Michiel Kloosterziel. Dat ging zo:
Een zet met ingrijpende gevolgen. Waarschijnlijk is de opbouw 17-22 en 11-17 actiever. Nu grijpt wit onmiddellijk naar het centrum met
20.33-28!! Logisch omdat de achterloop 18-22 altijd wordt bestraft met 39-33 en 26-21!
20. …05-10 21.39-33 20-24 22.42-37 3-8 23.34-29 23x34 24.40x20 15x24 25.43-39 18-23 26.45-40 13-18 27.49-43 9-13 28.40-34 24-30 29.35x24 19x30 30.28x19 14x23 31.33-28!! 10-15, want sluiten met 13-19 heeft geen zin. Alleen al 28-22 levert voldoende voordeel op, maar ook na het ruiltje 39-33 30x39 en 43x34 wint wit het op zijn sloffen.
32.28x19 13x24 33.38-33 8-13 34.32-28 13-19 35.43-38 15-20 36.37-32 19-23 37.28x19 24x13 38.34-29 20-24 39.29x20 25x14 40.32-28 30-35 41.50-44 13-19 42.28-23 18x29 43.33x13 12-18 44.13x22 17x28 45.26-21 en wit won.
Ook in de tweede ronde was Thijssen oppermachtig, alhoewel Sterrenburg toch nog kon ontsnappen aan een nederlaag:
Het moment suprème in de partij. In dit fragment had Sterrenburg de stille zet 27.36-31 moeten spelen. Er dreigt nu 27-22 18x29 en 31-27 met doorbraak. Zwart kan dan nog weliswaar een offer plegen met 27. …24-29 en vervolgens 28.33x24 12-17, maar na 29.34-29 25x34 30.27-22 18x36 (18x38? 31.28x8 19x30 32.35x24 3x14 33.42x33! met schijfwinst) 31.28x8 19x30 32.35x24 3x14 33.40x29 is er totaal niets aan de hand!) Ook na 29.23x34 30.30x39 19x30 31.35x24 en bijvoorbeeld 17-22 is er voor wit geen vuiltje aan de lucht met 32.42-38!
27.34-29 25x34 28.29x20 3-9 29.40x29 23x34 30.20-15 9-14 31.33-28 19-24 32.42-38 6-11 33.36-31 1-6 34.41-36 13-19 35.27-22 18x27 36.31x22 24-29 37.37-31 26x37 38.32x41 8-13 39.41-37 12-18 40.37-31 18x27 41.31x22 11-17 42.22x11 6x17 en zwart won.
Thijssen won in de vierde ronde vrij gemakkelijk van Cor van Dusseldorp. Dat ging zo:
Dat was overwinning nummertje 3!!
Ook “Sjeraar” moest er aan geloven en werd aan de zegekar van Thijssen gebonden:
22 Halve finales schooldammen BO en VO. Info: Bondsburo KNDB, 026 4952309; Wageningen, Open NK Veteranen. Info: H.Kleinrensink, 0317 411873.
Oplossing van de opgave van vorige week.
En de nieuwe opgave. Eerst 2 schijven geven om daarna toch toe te slaan. Hoe wint wit?